maandag 24 september 2012

Na twee weken...

Inmiddels heb ik het eerste blok afgesloten van de taalcursus, ik ben nu over de helft van m'n verblijf. Het weer wat grijzer en natter en ik besef dat er niet zo heel veel tijd meer over is om de stad goed te bekijken. Bijvoorbeeld de Hermitage staat nog steeds op de agenda, maar dat gaat waarschijnlijk een halve dag (of twee halve dagen) worden.

Wat de taal betreft gaat het denk ik redelijk goed. Ik ken inmiddels ook kleuren en een handjevol bijvoeglijke naamwoorden, zoals groot, klein, veel en weinig. Zodoende kan ik aan tafel duidelijk maken dat hetgeen dat is opgediend nogal veel is.

Lezen is niet zo'n probleem, veel woorden kom ik inmiddels zo vaak tegen dat ik ze meteen herken zonder het woord van links naar rechts moet ontcijferen. Wat lange woorden betreft ben ik ongeveer net zo snel als een achtjarige (ik heb het afgelopen weekend gemeten).

De uitspraak laat nog veel te wensen over. Ten eerste heb je de klemtonen die je moet kennen voor ieder woord: de uitspraak kan verschillen bij een andere klemtoon. Bijvoorbeeld пока (doei) spreek je uit als pakka en niet pokka. Omdat de klemtoon op de laatste lettergreep ligt, verandert de o in een a in de uitspraak. Heel fijn.
Ten tweede worden heel veel klanken ingeslikt, terwijl ik ze nog braaf allemaal hardop en langzaam oplees. Dat leidt tot onbegrip, zoals bij de Subway afgelopen week. Ik las hardop wat ik op het display zag staan, om vervolgens een vragende blik van de medewerker terug te krijgen. Vervolgens wilde hij weten wat voor brood ik wilde. Da's een goede vraag, het enige Russische broodwoord dat ik ken is Хлеб (gljeb, brood). In woorden uitleggen dat ik een volkoren broodje met maanzaad wil is nog een brood te ver. Maar het belangrijkste is dat ik vijf minuten later wel het gewenste resultaat op m'n dienblad had liggen.

Het luisteren is middelmatig. De docentes kan ik vaak wel verstaan, omdat ze in vereenvoudigd Russisch met ons praten. Russisch in het wild is toch een stuk lastiger, vooralsnog kan ik alleen nog woorden als да (da, ja), спасибо (spasiebo, dank je wel) en getallen opvangen. Nu valt me pas op hoe vaak we getallen gebruiken in de spreektaal.

Maar ik ben nog steeds niet ontmoedigd door de complexiteit van de taal met haar klemtonen en talloze vervoegingen. Het is nog steeds uitdagend en kijk uit naar het volgende blok. Hopelijk kan ik straks zonder verbaasde blikken gewoon een broodje bestellen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten